Grevenbroekmuseum vzw
476 - 1453 n.Chr.
Vanaf de derde en de vierde eeuw werd de druk van de Germanen echter zo groot dat het Romeinse rijk uiteindelijk in elkaar stuikte.
Germaanse stammen verspreidden zich tijdens de zgn. volksverhuizing over gans Europa.
De kleine Frankische rijkjes werden verenigd door de Merovingers en de Karolingers.
Dit rijk bereikte zijn hoogtepunt onder Karel de Grote. Tijdens zijn heerschappij werd de kerstening in West-Europa voltooid.
Na de volksverhuizingen komt in onze streken de macht in handen van de Frankische vorsten. Een volledig skelet van een Frankische krijger wordt getoond (zie foto). Je ziet verder zijn zwaard (scramasaxe), lans, potten met dodenmaal en zelfs de nagels van zijn doodskist.
Tenslotte wordt er uit deze periode een boomstamput uit de 12e eeuw getoond.
DE TOMP
Of de Tomp een verdedigingstoren of een torenmolen was, of mogelijk beide, vormde steeds het voorwerp van onderzoek.
Begin 15de eeuw werd de moderne burcht van Grevenbroek gebouwd.
Deze vormde de zetel van het hoogste bestuurlijk gezag.
Ondertussen was uit het dorp Hamont een klein stadje gegroeid (1364).
Kenmerkend voor de Middeleeuwen is wel het feodale stelsel.
Achel, Hamont en Sint-Huibrechts-Lille daarentegen vormden lange tijd een kloosterdomein, afhangend van de bisschopsstad Maastricht.
In 1309 werd Willem II van Boxtel de eerste lekenheer van het kloosterdomein, Grevenbroek genoemd. Vanaf 1338 werd Grevenbroek een vrije heerlijkheid. In 1401 werd Grevenbroek afhankelijk van de prins-bisschop van Luik.
Tussen 1400 en 1450 werd de burcht van Grevenbroek gebouwd. In zaal vijf, de zogenaamde burchtenzaal, komen vervolgens de Middeleeuwen aan bod. Je ziet er de maquettes van de Tomp en van het slot van Grevenbroek.
Gedurende de 15de, 16de en 17de eeuw werden onze streken geteisterd door oorlogsgeweld en epidemieën. Zaal zes toont schaalmodellen en tekeningen van belangrijke Achelse gebouwen: de oude kerk met de toren van 1758, het koor en de kruisbeuk van de 15e eeuw; de "afspanning Koeckhofs", waar keizer Jozef II ooit logeerde, met foto's en bouwresten; "de Waag" van 1777, het oude waaghuis van Grevenbroek, met het geijkte vat van Grevenbroek; en een reconstructietekening van het "klooster Catharinadal" (1432).
Chronologie
11e eeuw | Frankisch domein wordt een kloosterdomein, door schenking aan Sint-Servaaskapittel van Maastricht. |
Begin 14e eeuw | Bouw van het “huijs van Boxtel”,waaruit de latere burcht van Grevenbroek is gegroeid, door Willem III van Boxtel |
1338 | Het domein verwerft zijn onafhankelijkheid van het St.-Servaaskapittel te Maastricht en wordt een vrije heerlijkheid (allodium, vrijstaat) |
1364 | Oudste vermelding van "Grevenbroek" |
1365 | Robrecht van Arckel, neef van de Luikse prins-bisschop,wordt heer van Grevenbroek als gevolg van de Loonse successie-oorlog. |
1380 |
Robert van Arckel, oom van prins-bisschop Jan V van Arkel, wordt de nieuwe heer van Grevenbroek, door aankoop |
1401 |
Belegering van de Grevenbroek door de prins-bisschoppelijke milities na heidetwist met Neerpelt; platbranden van Achel en Hamont en de verwoesting van de eerste burcht door de Luikse prins-bisschop Jan VI van Beieren. De heerlijkheid verliest onafhankelijkheid, Robert wordt ontheven, maar zijn zoon Jan van Grevenbroek wordt beleend. |
1425 | Renovatie van de burcht van Grevenbroek en vermoedelijke bouw vaneen stenen windmolen (torenmolen) |
1446 | Vermelding windmolen in akte door Robrecht van Grevenbroek |
1513 | Vermelding stenen windmolen in gichten Grevenbroek |
1586 | Vermelding stenen windmolen in verslag van de rentmeester |
1596 | Vernietiging van de stenen windmolen door een storm |
1619 | Vermelding stenen windmolen (aan waterveld bij Smolders) in gichten Grevenbroek. |
1702 | Verwoesting van de burcht van Grevenbroek door de hertog van Marlborough |
1822 | Graaf De Leonaerdts koopt de ruïne van de vroegere stenen windmolen. |
1823 | Graaf De Leonaerdts vermeldt gronden aan het “oud kasteel”, waarmee de vroegere stenen windmolen wordt bedoeld. |
1875 | De Achelse onderwijzer ”meester Sak”, noemt de ruïne een vroegere “wachttoren” in zijn beschrijvingen van de geschiedenis van Grevenbroek. |
1947 | De Tomp wordt een beschermd monument. |
1968 | De Tomp wordt gerestaureerd als verdedigingstoren. |